De appelboom
“Als morgen de jongste dag zou aanbreken, zou ik
vandaag nog een appelboompje planten”.
De schrijver van dit citaat moet een optimistisch mens
zijn geweest. Immers een ieder weet dat je van een appelboompje
dat je plant je niet dezelfde dag al vruchten kunt plukken. Wat kan de
reden van dit optimisme zijn? Wat direct opvalt is dat
de schrijver niet over het einde van deze wereld spreekt maar over een nieuw
begin, een nieuwe schepping. Ik probeer een aantal mogelijkheden te vinden.
Door het planten van een vruchtboom investeer je in de
toekomst. Een toekomst die vrucht zal gaan dragen. Als je het zo leest is het
een heel mooi citaat. Het betekent dan dat je niet werkeloos en passief hoeft
te gaan zitten afwachten tot God in zijn wijsheid besloten heeft
dat het nu wel genoeg geweest is met deze wereld. Dat je niet passief een laatste oordeel gaat zitten afwachten maar dat je nu al kan
beginnen met je voorbereiden op de jongste dag, het nieuwe begin.
Wie bin
ich doch so herzlich froh,
dass mein Schatz ist dass A und O,
der Anfang und das Ende.
Er wird mich doch zu seine Preis
aufnehmen in das Paradeis,
des klopf ich in die Hände.
Amen, Amen,
komm du schöne Freudenkrone,
bleibt nicht lange,
deiner wart ich mit Verlangen.
Uit: Wie schön leuchtet der Morgenstern. J.S.
Bach, Kantate BWV 36